Lineaire verbanden > Lineaire verbanden
12345Lineaire verbanden

Voorbeeld 2

Gegeven is de lineaire formule `2,5x+3,5y=35` . Maak een grafiek bij het verband tussen beide variabelen.

> antwoord

De lineaire vergelijking `2,5x + 3,5y=35` kun je ook schrijven als `5x + 7y = 70` . Er zijn meerdere manieren om hierbij een grafiek te tekenen:

  • Omdat bij een lineair verband de grafiek een rechte lijn is, heb je aan twee punten `(x, y)` die aan de vergelijking voldoen genoeg. Je vindt die snel door eerst `x=0` en vervolgens `y=0` te kiezen: `(0, 10)` en `(14, 0 )` .

  • Je herleidt de vergelijking tot `y= text(-) 5/7 x + 10` . De grafiek wordt een rechte lijn die door het punt `(0,10)` gaat en richtingscoëfficiënt `text(-) 5/7` heeft.

Opgave 5

In Voorbeeld 2 zie je hoe je een grafiek maakt bij de vergelijking `2,5x+3,5y=35` .

a

Waarom kun je in dit geval de grafiek het beste tekenen door eerst de snijpunten met de assen te berekenen?

b

Laat zien hoe je de formule herleidt tot een lineaire functie. En maak zelf daarmee de grafiek.

c

Welke waarde van `x` hoort bij `y=text(-)20` ? Schrijf je antwoord in de vorm `x = ...` .

Opgave 6

Je ziet hieronder vier keer de vergelijking van een lijn. Om die lijn te tekenen kun je eerst de snijpunten met de assen berekenen en dan een rechte lijn door die twee snijpunten trekken.
Je kunt ook de vergelijking eerst herleiden tot een lineaire functie en dan het begingetal en de richtingscoëfficiënt gebruiken voor het tekenen van de lijn.
Gebruik bij de onderstaande lijnen elk van deze methoden in ieder geval één keer.

a

`5 x+4 y=20`

b

`5 x-4 y=20`

c

`2 x+y=10`

d

`x-2 y=10`

verder | terug