Los de vergelijkingen algebraïsch op.
`x^4-8 x=0`
`text(-)x^2(x-5 )=2 x^2`
`20 -x^4=11`
`(x^2-4 )(x^2-9 )=36`
Gegeven is de functie `f` door `f(x) = 2(x-4)^3 + 10` .
Hoe kun je de grafiek van `f` afleiden uit die van `y=x^3` ?
Plot de grafiek van `f` en bepaal het nulpunt in twee decimalen nauwkeurig.
Bereken de exacte coördinaten van de snijpunten van de grafiek van `f` met beide assen.