Exponenten en machten > Exponentiële functies
12345Exponentiële functies

Toepassen

Opgave A1Afkoeling van een blokje koper
Afkoeling van een blokje koper

Een blokje koper wordt op `t=0` uit warm water gehaald en koelt af volgens:

`T(t)=150*3^(text(-)t/10)`

Hierin is:

  • `t` de tijd in minuten

  • `T` de temperatuur in °C

a

Hoe warm is het water?

b

Vul de tabel in. Waarom zijn veelvouden van `10` slimme `t` -waarden?

`t` (min.) `0` `10` `20`
`T` (°C) ... ... ...
c

Schets de grafiek van `T` als functie van `t` voor `0 le t le 20` min.

Opgave A2Afkoeling van twee blokjes koper
Afkoeling van twee blokjes koper

Twee blokjes koper (blokje `A` en blokje `B` ) worden op `t=0` uit twee afzonderlijke hoeveelheden warm water gehaald en koelen af volgens:

`T_A(t)=150*3^(text(-)t/10)` en `T_B(t)=100*3^(text(-)t/15)`

Hierin is:

  • `t` de tijd in minuten

  • `T` de temperatuur in °C

a

Beredeneer dat hoewel blokje `A` op `t=0` een hogere temperatuur heeft, dit sneller is afgekoeld dan blokje  `B` .

b

Geef een schatting van het tijdstip waarop `A` en `B` dezelfde temperatuur hebben. Hoe groot is die temperatuur?

c

Teken het verloop van `T_A` en `T_B` in één figuur. Controleer het antwoord bij b met behulp van de grafieken.

Er zijn twee tijdstippen aan te wijzen waarop het verschil in temperatuur tussen blokje `A` en blokje `B` ongeveer gelijk is aan `5` °C.

d

Noem een strategie om een schatting te geven van deze twee tijdstippen.

verder | terug