Periodieke functies > Periodieke modellen
12345Periodieke modellen

Voorbeeld 1

Bekijk de sinusoïde.

Welk functievoorschrift kun je bij deze sinusoïde maken uitgaande van de standaardsinus?
En welk functievoorschrift kun je maken uitgaande van de standaardcosinus?

> antwoord

Het maximum van de functie is `300` en het minimum `50` . Dit betekent dat:

  • de amplitude is `a= (300-50) /2=125`

  • de evenwichtsstand is `y=300 -125 = 50+125 =175`

Twee opvolgende maxima zitten bij `x=3` en `x=11` .
De periode is `p=8` . Ga uit van de standaardsinus, dan is de horizontale verschuiving de `x` -waarde van een punt op de grafiek op de evenwichtslijn op het moment dat de grafiek daar stijgt.
Hier is dat `x=1` .
Het functievoorschrift wordt: `f(x)=125 sin( (2 pi) /8(x-1 ))+175`

Ga je uit van de standaardcosinus, dan is de horizontale verschuiving de `x` -waarde van een punt op de grafiek waar een maximum zit. Hier is dat bijvoorbeeld `x=3` .
Het functievoorschrift wordt:
`f(x)=125 cos( (2 pi) /8(x-3 ))+175`

Opgave 4

Bekijk de sinusoïde.

Maak er een functievoorschrift bij, uitgaande van `y=sin(x)` .

Opgave 5

Maak bij de sinusoïde van de vorige opgave een functievoorschrift uitgaande van `y=cos(x)` .

verder | terug