Vergelijkingen > Basistechnieken
123456Basistechnieken

Theorie

Een formule waarin een isgelijkteken voorkomt heet een vergelijking.
Dat isgelijkteken wijst erop dat wat links ervan staat dezelfde waarde moet hebben als wat er rechts van staat. De vergelijking is in "balans" .

Het vergelijken van de lengtes van twee kaarsen is hiervan een voorbeeld. Je ziet dit in beide grafieken in beeld gebracht.

Als beide kaarsen gelijk zijn geldt
20 - 4 t = 30 - 7,5 t .
De waarde van t die linker- en rechterkant van deze vergelijking gelijk maakt heet de oplossing ervan. Deze waarde hoort bij het snijpunt van beide grafieken. Met een tabel kun je dit snijpunt vinden, soms alleen benaderen.

Als de lengte van een kaars 0 is, heb je te maken met een nulpunt van de grafiek. Je ziet hiernaast twee nulpunten. Het linker nulpunt vind je door 30 - 7,5 t = 0 op te lossen. Het rechter nulpunt vind je door 20 - 4 t = 0 op te lossen.

Het oplossen van een vergelijking met één onbekende doe je door inklemmen, of door slim te rekenen, bijvoorbeeld door terugrekenen. Bekijk de voorbeelden.

verder | terug