1
a

De lijn y = x dient ertoe m n over te brengen op de x -as, waarna m n + 1 gevonden wordt door F toe te passen.

b
c

6000

d

Het is de x - of y -coördinaat van het snijpunt van de twee lijnen: x = 1500 + 0,75 x x = 1500 0,25 = 6000

2
a

Zie volgend onderdeel.

b
c

De lijnen y = 0,95 x en y = x snijden elkaar in de oorsprong.

3
a

0,8 x + 1500 = x x = 1500 0,2 = 7500

b

Noem die hoeveelheid b , dan heeft de vergelijking 0,8 x + b = x als oplossing x = 6000 , dus b = 1200 .

c

Noem die hoeveelheid c , dan heeft de vergelijking 0,7 x + c = x als oplossing x = 6000 , dus c = 1800 .

4

-

5
a

2

b

geen limiet

c

2

6

opgave 75a: 2 = 2 + 2 , klopt.
opgave 75c: 2 = 1 + 2 2 , klopt!

7
a

L = 6 L L 2 = 6 L L = 2 of L = 3 . Alleen L = 2 voldoet.

b

L = 2 1 2 L 3 L = 2

c

L = 1 2 L + 1 L 1 2 L = 1 L L 2 = 2 L = ± 2

d

L = 1 + 1 L L 2 = L + 1 L = 1 2 ± 1 2 5

8

De rij in onderdeel b had geen limiet.

9
a
b

Dat lukt niet.

c

1 1 2 x 2 = x x 2 + 2 x 2 = 0 ( x + 1 ) 2 = 3 , dus x = 1 ± 3 .

10
a

2

b

c

2

d

1 2 + 1 2 5

e

geen limiet

f

1

Verdieping
11
a

A: convergente trap
B: convergente spiraal
C: divergente trap
D: divergente spiraal

b

Het hangt af van de richtingscoëfficiënt a . Er geldt in de vier gevallen achtereenvolgens:
0 < a < 1 , 1 < a < 0 , a > 1 , a < 1 .

c

Als a = 1 en b = 0 , dan is de rij constant bij elke beginwaarde.
Als a = 1 en b 0 , dan is de rij rekenkundig en divergent.
Als a = 1 , dan is de rij periodiek met periode 2 , behalve bij beginwaarde 1 2 b (dan is de rij constant).

12

De richtingscoëfficiënt de lijn is a .

13
a

f : x 3 0,5 x , dus voor d geldt: 3 0,5 d = d , dus d = 2 .

b

| u 0 d | = 3 , dus volgens Stelling 2 is | u 1 d | = 0,5 | u 0 d | = 0,5 3 en | u 2 d | = 0,5 | u 1 d | = 0,5 2 3 .

c

Zo doorgaan als in het vorige onderdeel geeft: | u n d | = 0,5 n 3 .

d

Als 0,5 n 3 < 0,00001 , dus als n > log ( 300000 ) log ( 2 ) 18,19 , dus vanaf n = 19 .

14
a

f : x 3 + 1,5 x , dus voor d geldt: 3 + 1,5 d = d , dus d = 6 .

b

| u 0 d | = 1 , dus volgens Stelling 2 is | u 1 d | = 1,5 | u 0 d | = 1,5 1 en | u 2 d | = 1,5 | u 1 d | = 1,5 2 .

c

Zo doorgaan als in het vorige onderdeel geeft: | u n d | = 1,5 n .

d

Als 1,5 n < 100000 , dus als n > log ( 100000 ) log ( 1,5 ) 28,39 , dus vanaf n = 29 .

15
a

f : x 3 + x , dus voor d geldt: 3 d = d , dus d = 1,5 .

b

3 1 2 , 3 1 2 , 3 1 2

c

De rij is constant.

16
a

1 en 1

b

Dan is de limiet 0 .

c

Dan bestaat de limiet niet: lim n u n = .