Rekenen > Breuken
123456789Breuken

Uitleg

Bekijk de rechthoek. De rechthoek is in `12` gelijke vierkantjes verdeeld.
`7` vierkantjes zijn rood gekleurd.

Je schrijft: `7/12` deel is rood.
Je spreekt uit: "zeven twaalfde is rood" .

`7/12` is een breuk.
Je telt `7` rode vakjes. `7` is de teller.
In totaal zijn er `12` vakjes. `12` is de noemer.

Een breuk is een deling van twee gehele getallen: `7/ 12` betekent dat je `7` deelt door `12` .

Breuken kun je op verschillende manieren schrijven:

  • Met dubbele punt als deelteken `7: 12`

  • Met schuine breukstreek als deelteken `7 // 12`

  • Met horizontale breukstreep `7/12`

Sommige breuken hebben niet dezelfde teller en noemer, maar toch zijn de breuken gelijk:
`2/5 = 4/10 = 6/15 = 8/20 = 10/25 = 20/50 = 40/100`

Je kunt teller en noemer met hetzelfde getal vermenigvuldigen en dan blijft de breuk gelijk:
`2/5 = (2 xx 4)/(5 xx 4)= 8/20`

Het vereenvoudigen van een breuk is het zoeken naar een gelijke breuk, met de kleinst mogelijke teller en noemer.

Opgave 1
a

Wat is de teller van de breuk `4/7` ?

b

Wat is de noemer van de breuk `4/7` ?

Opgave 2

Welke uitspraken zijn waar?

In de breuk `1/3` is 1 de teller.

In de breuk `3/4` is 4 de noemer.

`2/10=1/4`

`1/3 = 3 : 4`

Opgave 3

Bekijk de figuren.

figuur A

figuur B

a

Geef met een breuk aan welk deel van figuur A gekleurd is.

b

Geef met een breuk aan welk deel van figuur B gekleurd is.

Opgave 4
a

Schrijf `5 : 7` met een horizontale breukstreep.

b

Schrijf `11/23` met een dubbele punt.

Opgave 5

Vul het juiste getal in.

a

`3/12=(...)/4`

b

`6/9=(...)/3`

c

`20/35=4/(...)`

d

`7/(...)=1/3`

verder | terug