`7`
`1/10` is € 0,10, daarvan zou je er `35` nodig hebben.
`3/8`
`3/4` van `1/2` is `3/4 xx 1/2` .
Bereken `1/4` deel van 20 zonder rekenmachine.
`2`
`5`
`8`
10
5
4
2
18
20
35
12
6
10
36
70
€ 20,00
€ 24,00
`4/15`
`1/6`
`4/9`
`9/20`
`3/15`
`1/12`
`2/9`
`9/16`
`2/21`
`6/20=3/10`
`10/18=5/9`
`10/24=5/12`
`3/30 = 1/10`
`2/14=1/7`
`21/50`
`10/42=5/21`
`15/24=5/8`
50
25
15
24
21
12
20
6
`8/15`
`6/7`
`18/35`
`16/27`
`1/12`
2
7,5
6,75
10,4
238
493,5
15
35
16
18
105 leerlingen
36 leeringen
`11/5`
`5/12`
`7/9`
`9/20`
`9/28`
`40/20=2`
4
3
2
3
`3 1/4 ` euro
12
8,75
222,5
256,8
18
10
9
21
Marloes zegt dat als ze 60 deelt door `1/10` ze dan net zo goed 60 kan vermenigvuldigen met 10. Heeft Marloes gelijk?
ja
nee
Nu wil Marloes 60 delen door `3/10` . Ze vermenigvuldigt nu 60 met `3xx10` . Klopt het antwoord dan?
ja
nee
28
25
`5/24`
`1/6`
`5/18`
`3/20`
`12/20=3/5`
`6/14=3/7`
`35/60=7/12`
`8/44 = 2/11`
300 leden
50 meisjes
`8/15`
`7/24`
`11/14`
`26/45`
10
18
`4/6 = 2/3`
4
`15/28`
`4/15`
`9/16`
`4/15`
`1/8`
€ 3,90
Karel fietst op een middag steeds met dezelfde snelheid. Hij heeft in het begin en op het eind op zijn horloge gekeken. Zijn begintijd is 13:30 uur en zijn eindtijd is 15:30 uur.
Hoe laat was het toen hij `1/3` deel van zijn rit had gereden?
13:40 uur
13:50 uur
14:00 uur
14:10 uur
14:20 uur
`5/16` deel.
Bart: `1/8` .
Dirk: `3/16` .
Totaal: `5/16` deel.
Bart: `1/4` .
Ben: `1/8` .
Totaal: `3/8` deel.
Hyacinten: `5/16` deel.
`154/15=10 4/15`
`4/51`
`27/32`
`3/14`
`36/35=1 1/35`
`34/17=2`
`1/30`
€ `5000,00`