Rekenen > TotaalbeeldTesten
Bereken met je rekenmachine
`5,23xx6,77`
.
Hoeveel decimalen heeft
het antwoord?
`2`
`3`
`4`
`5`
`6`
Bereken `1,5xx6` . Het antwoord is een ... getal.
geheel
decimaal
Tussen welke twee gehele getallen ligt 15,68?
Schrijf je antwoord op met het teken: `lt`
Vul het juiste teken in: `lt` of `gt`
`6,8 ... 8`
`lt`
`gt`
`12 ... 11,24`
`lt`
`gt`
`748 ... 752`
`lt`
`gt`
`6,7...6,3`
`lt`
`gt`
Bereken met je rekenmachine. Rond je antwoord af met twee decimalen.
`63,58 + 45,89`
`89,2 - 5,23`
`26,32xx4`
`56,4 : 5`
Bereken zonder rekenmachine. Schrijf je antwoord als een breuk.
`2/15 +6/15`
`8/23 - 5/23`
`1/4+3/5`
`4/9-1/3+1/2`
Bereken en vereenvoudig. Schrijf je antwoord als een breuk.
`7/8xx2/5`
`2/7:2/5`
Gebruik je rekenmachine.
Bereken het kwadraat van 23.
Schrijf `28/32` als decimaal getal.
`6 : 8/9`
`1,6^2`
Je koopt bij de dierentuin een kaartje voor € 16,75 en een plattegrond voor € 3,40. Je hebt € 25,00 bij je.
Hoeveel moet je in totaal betalen?
Hoeveel heb je over om in de dierentuin nog wat te eten of te drinken?
Met hoeveel kinderen kun je dertig snoepjes eerlijk verdelen? Geef alle mogelijkheden.
In een klas met 27 leerlingen zijn vijf van de negen leerlingen een meisje.
Hoeveel meisjes zitten er in deze klas?
Van de jongens draagt `1/3` deel een bril. Hoeveel jongens dragen een bril?
Mike snijdt een pizza in 4 even grote stukken. Daarna snijdt hij elk stuk weer in 3 even grote stukken. Het hoeveelste deel van de pizza is 1 stukje?
`1/3`
`1/4`
`1/7`
`1/12`
Frenz gaat naar de schaatsbaan. Een entreekaartje kost € 6,75. Het huren van schaatsen kost € 1,50 per uur. Hij gaat drie uur schaatsen en huurt schaatsen.
Met welke berekening kan Frenz uitrekenen hoeveel hij in totaal moet betalen?
`(6,75+1,50)xx3`
`6,75+1,50xx3`
Hoeveel moet hij in totaal betalen?
€ 24,75
€ 11,25