Hiernaast zie je de grafieken van de functies en met en .
Los op: .
Je lost eerst op: .
geeft na ontbinden in factoren .
Je vindt dus: .
De eerste twee waarden van vind je in de figuur terug, de derde niet. Maar dat komt alleen omdat de figuur niet
ver genoeg zichtbaar is in de -richting. Ga na, dat voor deze waarde beide
functies dezelfde functiewaarde hebben.
De oplossing van de ongelijkheid lees je uit de grafieken af. Je moet de -waarden opschrijven waarbij de functiewaarde van groter of gelijk is aan die van . Ga ga dat dit zo is als: .
Bekijk de twee functies in
Los zelf de vergelijking op.
Hoe kun je controleren dat ook een oplossing van de vergelijking is?
Schrijf de oplossing van de ongelijkheid op.
Gegeven zijn de functies en door en .
Je wilt de ongelijkheid oplossen.
Los de vergelijking op.
Maak een schets van de grafieken van beide functies in één figuur.
Schrijf de oplossing van de ongelijkheid op.
Los de volgende ongelijkheden exact op.