De begane grond is de hoofdrichting. Daarop start het vliegtuig, bijvoorbeeld in punt
.
Na m heeft het vector afgelegd. Als het punt op de begane grond recht onder het vliegtuig is, dan is m. Dat is de zijwaartse component van vector . De lengte van die component is ook als de gevraagde hoek is.
Dus is , zodat . Met de applet in
Je gebruikt sinus, want de zijwaartse component is gegeven, de begane grond is de hoofdrichting.
`AB = sqrt(3000^2 - 1000^2) = sqrt(8000000)`
en
`sqrt(8000000)=3000*cos(alpha)`
geeft
`cos(alpha) = sqrt(8000000)/3000`
.
Ook dit levert met behulp van je rekenmachine (
`arccos(sqrt(8000000)/3000)`
of
`cos^(text(-)1)(sqrt(8000000)/3000)`
gebruiken) op
`alpha ~~ 19,5^@`
.
geeft en dus .
Om dit met behulp van cosinus te kunnen doen bereken je met de stelling van Pythagoras
.
Dan volgt uit dezelfde waarde voor
de grootte van .
De centrale component van deze hoek is negatief, want tegen de hoofdrichting in. Je vindt voor de hoek .
geeft .
Opmerking: als je dit met de applet in het
Doen. Ga na, hoe je dit met je rekenmachine doet en vergelijk dat met de applet.
en dus is . Hieruit volgt en dat levert dezelfde grootte van de hoek op als in het voorbeeld.
Je weet dat .
Uit volgt en .
Uit volgt en .
Uit volgt en .
Bereken eerst met behulp van de stelling van Pythagoras dat . Nu kun je in de rechthoekige driehoek rekenen met sinus of cosinus om te berekenen.
Uit volgt en .
En dan is .
Doen.
geeft en dat klopt met want deze twee waarden samen zijn .
Dat is om de hoogte van die mast nauwkeuriger te kunnen berekenen, een afwijking van maar een halve graad kan gerekend over m al een aardig verschil betekenen.
Doen, je vindt tot op twee decimalen nauwkeurig (dus tot op cm nauwkeurig) dezelfde waarde m.
Als je de draadlengte noemt, dan moet . Hieruit volgt m.
Maak een schets van de situatie, bedenk dat de hoek tussen de vliegrichting en de windrichting stomp is.
Als je de gevraagde hoek noemt, dan moet . Hieruit volgt en .
Eerste figuur (linksboven):
geeft en dus .
Tweede figuur (linksboven):
geeft en dus .
Derde figuur (rechtsmidden):
geeft en dus .
Vierde figuur (uiterst rechts):
geeft en dus .
Noem de gevraagde hoek , maak eventueel een schets.
geeft en dus .
Noem de gevraagde hoek , maak eventueel een schets. Na het eerste deel van de tocht is hij m gestegen. Hij moet dus nog m stijgen.
geeft .
De gevraagde breedte is .
geeft m.
Per trede kun je een rechthoekige driehoek tekenen waarvan de hypotenusa ongeveer
cm is (stelling van Pythagoras).
Noem de gevraagde hoek .
geeft .
Teken een hoogtelijn in deze driehoek en bereken de lengte ervan: cm (stelling van Pythagoras).
Noem een basishoeken .
geeft .
De hoeken zijn daarom in graden nauwkeurig: , en .
De twee rechthoekszijden zijn gelijk, dus allebei cm.
De hypotenusa bereken je dan met de stelling van Pythagoras. Laat zien dat die wordt.
Uit volgt .
Uit volgt .
De kortste rechthoekszijde is cm. De hypotenusa is dan twee keer zo lang, dus cm.
De langste rechthoekszijde bereken je dan met de stelling van Pythagoras. Laat zien
dat die wordt.
Uit volgt .
Uit volgt .
Uit volgt .
Uit volgt .
Voor het berekenen van hoeken vanuit gegeven sinus of cosinus kun je de applet in
het
`alpha~~18,2^@` en `beta~~134,4^@` .
Ongeveer `88,5^@` .