Functies en grafieken > Lineaire en kwadratische functies
123456Lineaire en kwadratische functies

Uitleg

Twee auto’s rijden met een constante snelheid over dezelfde weg. `A` en `B` liggen aan deze weg `50` km van elkaar.
Auto 1 gaat van `A` naar `B` met een constante snelheid van `90` km/h en auto 2 rijdt van `B` naar `A` met een constante snelheid van `120` km/h. Beide auto’s zijn op hetzelfde moment vertrokken. Als je wilt berekenen op welk tijdstip ze elkaar tegenkomen, neem je (bijvoorbeeld) voor de afstand tot `A` de variabele  `a` . Neem voor de tijd in minuten de variabele  `t` .

Omdat auto 1 met `1,5` km per minuut rijdt, geldt: `a_1 = 1,5 t` .
Omdat auto 2 met `2` km per minuut rijdt, geldt: `a_2 = 50 - 2 t` .

Bij beide formules is er een lineair verband tussen `a` en `t` : `a_1` en `a_2` zijn lineaire functies. Beide grafieken zijn rechte lijnen.

De auto’s komen elkaar tegen wanneer `1,5 t = 50 - 2 t` . Als je deze vergelijking oplost, vind je `t ≈ 14,3` minuten.

Vaak kun je de afgelegde afstand van een auto berekenen door aan te nemen dat hij voortdurend met dezelfde (gemiddelde) snelheid heeft gereden. Maar als een auto optrekt, neemt zijn (gemiddelde) snelheid tijdens het optrekken toe. De afgelegde afstand neemt dan niet lineair toe.

In de grafiek zie je de afgelegde afstand van `s` (in meter) van een auto die vanuit stilstand optrekt, waarbij `t` de tijd (in seconden) is. Hier is een kwadratisch verband gekozen, waarbij de functie: `s ( t ) = 1,2 t^2` hoort.

Na `5`  seconden heeft de auto `30` meter afgelegd. De gemiddelde snelheid is `6`  m/s, dus ongeveer `22` km/h. Na `10`  seconden heeft de auto `120`  meter afgelegd. De gemiddelde snelheid is `12`  m/s, dus ongeveer `44`  km/h. Je ziet dat de gemiddelde snelheid toeneemt.

Opgave 1

In de Uitleg rijden twee auto’s met een constante snelheid over dezelfde weg. Auto 1 gaat van `A` naar `B` met een constante snelheid van `90` km/h en auto 2 van `B` naar `A` met een constante snelheid van `120` km/h.

a

De afstand van beide auto’s tot `A` wordt bekeken. Bekijk die afstand nu vanuit `B` . Schrijf de twee bijpassende formules op.

b

Bereken na hoeveel seconden de auto's elkaar tegenkomen.

c

Voor welke twee waarden van `t` bedraagt de onderlinge afstand van beide auto's `20` km?

Opgave 2

In het tweede deel van de Uitleg zie je de kwadratische formule: `s=1,2t^2` .
Deze formule gaat over een vanuit stilstand optrekkende auto, waarbij `s` de afgelegde afstand (in meter) en `t` de tijd (in seconden) is.

a

Hoe zie je aan de grafiek dat de snelheid steeds toeneemt?

b

Na hoeveel seconden heeft de auto `100` meter afgelegd?

c

Na hoeveel seconden is de gemiddelde snelheid ongeveer `60`  km/h?

verder | terug