Logaritmische functies > Eigenschappen
123456Eigenschappen

Uitleg

Het kost veel tijd om `\ ^2log(100)` te berekenen door `2^x = 100` op te lossen met de grafische rekenmachine. Het kan ook anders. De rekenmachine kent een knop logaritme, die werkt met grondtal `10` . Het is daarom handig als je van grondtal kunt veranderen.

Ga uit van `2^x=100` .

`2^x` `=` `100`
neem aan beide zijden de `\ ^(10)log`
`\ ^(10)log(2^x)` `=` `\ ^(10)log(100)`
eigenschap: `p*\ ^(g)log(a)=\ ^(g)log(a^p)`
`x*\ ^(10)log(2)` `=` `\ ^(10)log(100)`
beide zijden delen door `\ ^(10)log(2)`
`x` `=` `(\ ^(10)log(100))/(\ ^(10)log(2))`

Dit is een andere manier om `\ ^2log(100)` te noteren:
`\ ^2log(100)=(\ ^(10)log(100))/(\ ^(10)log(2))`

Nu kan een `\ ^2log` worden berekend met een `\ ^10log` op de grafische rekenmachine:
`\ ^2log(100) = (log(100))/(log(2)) ~~ 6,64`
Daarbij hoef je geen grondtal in te vullen, want de rekenmachine werkt met grondtal `10` .

Dit werkt ook voor andere grondtallen. In het algemeen geldt:

  • `\ ^(g)log(a) = (\ ^(p)log(a))/(\ ^(p)log(g))`

De meeste rekenmachines hebben ook de mogelijkheid om het grondtal van de logaritme direct in te voeren. Vaak moet je dan de Amerikaanse notatie `log_(g)(x)` gebruiken. Je ziet dat daarin het grondtal een andere plaats krijgt.

Opgave 3
a

Bereken `\ ^3log(300)` op de manier van Uitleg 2.

b

Je kunt zelf nagaan welk grondtal door de logknop van de rekenmachine wordt gebruikt. Bereken daartoe `log(10)` . Welk grondtal gebruikt te rekenmachine dus standaard?

Opgave 4

Bereken in één decimaal.

a

`\ ^5log(90)`

b

`\ ^(1/2)log(20)`

c

`\ ^4log(1/3)`

d

`\ ^(0,1)log(300)`

verder | terug