Machtsfuncties > De abc-formule
123456De abc-formule

Voorbeeld 2

Bepaal algebraïsch de snijpunten met de `x` -as van de functie `f(x) = 2x^2 - 2x - 4` en bereken de coördinaten van de top van de bijbehorende grafiek.

> antwoord

Je kunt dit uitrekenen met de abc-formule: `2x^2 - 2x - 4 = 0` . Maar het gaat sneller door ontbinden in factoren toe te passen. Je vindt dat `x=text(-)1 vv x=2` . Dus de snijpunten met de `x` -as zijn `(text(-)1, 0)` en `(2, 0)` .

De top van de grafiek vind je nu door te bedenken dat de symmetrieas door het punt midden tussen `(text(-)1, 0)` en `(2, 0)` gaat. Dus geldt voor de `x` -waarde van de top: `x = (text(-)1 + 2)/2 = 0,5` .
De top is het punt `(0,5; text(-)4,5)` .

Opgave 6

In het voorbeeld wordt de vergelijking `2x^2 - 2x - 4 = 0` opgelost.

a

Laat zien hoe dit met de abc-formule gaat.

b

Los de vergelijking ook op door ontbinden in factoren.

Opgave 7

Bekijk de kwadratische functie `y = 2x^2 - 6x + 2` . Je wilt de snijpunten met de `x` -as (in twee decimalen nauwkeurig) en de top van de grafiek bepalen.

a

Welke vergelijking moet je oplossen om de snijpunten met de `x` -as te berekenen?

b

Je kunt deze vergelijking met de abc-formule oplossen. Bepaal wat dan de `a` , `b` en `c` zijn. Bereken daarna de discriminant.

c

Kun je aan de discriminant zien hoeveel snijpunten met de `x` -as deze functie heeft?

d

Los de vergelijking verder op en bereken de snijpunten met de `x` -as in twee decimalen nauwkeurig.

e

Nu kun je vanuit de snijpunten met de `x` -as de top bepalen. Hoe gaat dat in zijn werk?

verder | terug