Afgeleide functies > Het begrip afgeleide
12345Het begrip afgeleide

Voorbeeld 2

Gegeven is de functie `f(x) = x^2` .
Stel een voorschrift op voor de afgeleide van deze functie.
Bereken met behulp daarvan het differentiequotiënt van `f` voor `x = 3` .

> antwoord

Het differentiequotiënt voor willekeurige `x` is gelijk aan:

`(Δy)/(Δx) = ((x+h)^2 - x^2)/((x+h)-x) = ((x^2 + h^2 + 2xh) - x^2)/h = (2xh + h^2)/h = 2x + h`

Als `h` naar `0` nadert, krijg je de afgeleide: `f'(x) = 2x` .

De gevonden afgeleide functie is het hellingsgetal van de grafiek van `f` voor willekeurige `x` , dus ook voor `x = 3` : `f'(3) = 2*3 = 6` .

Opgave 5

Gegeven is de functie `f(x) = 4 - 0,25x^2` .

a

Met behulp van het differentiequotiënt op het interval `[x, x+h]` bepaal je de afgeleide van de functie `f(x)` . Stel de formule van de afgeleide functie op. Laat duidelijk zien hoe je eraan komt.

b

De lijn met vergelijking `y = text(-)2x + 8` raakt de grafiek bij `x = 4` .
Laat zien dat de helling van de grafiek bij `x = 4` gelijk is aan de helling van de raaklijn.

verder | terug