Differentieerregels > De kettingregel
123456De kettingregel

Voorbeeld 2

Met de algemene machtsregel kun je ook wortelfuncties en gebroken functies differentiëren. Je hebt daarvoor de rekenregels voor machten nodig.

Differentieer de functies:

  • `f(x) = 10 sqrt(x)`

  • `g(x) = 2x root[3](x)`

  • `h(x) = 6/(2x + 3)`

> antwoord
  • Noteer eerst `f` als machtsfunctie:
    `f(x) = 10 sqrt(x) = 10x^(1/2)`
    Pas vervolgens de machtsregel toe:
    `f'(x) = 10 * 1/2 x^(1/2 - 1) = 5x^(text(-)1/2) = 5*1/(x^(1/2)) = 5/(sqrt(x))`

  • Noteer eerst `g` als machtsfunctie:
    `g(x) = 2x root[3](x) = 2x^1*x^(1/3) = 2x^(1 1/3)`
    Pas vervolgens de machtsregel toe:
    `g'(x) = 2 * 1 1/3 x^ (1 1/3 - 1) = 2 2/3 x^(1/3) = 2 2/3 root[3](x)`

  • Noteer eerst `h` als machtsfunctie:
    `h(x) = 2/(2x+3) = 6*(2x+3)^(text(-)1)`
    Pas vervolgens de machtsregel en de kettingregel toe:
    `h'(x) = 6*text(-)1 (2x+3)^(text(-)1 - 1) * 2 = text(-)6 (2x+3)^(text(-)2) = (12)/((2x+3)^2)`

Opgave 7

Bekijk Voorbeeld 2.

a

Differentieer zelf de bovenste twee functies zonder naar de uitwerking te kijken.

b

Waarom heb je bij het differentiëren van de derde functie ook de kettingregel nodig?

c

Laat bij die derde functie zien hoe de kettingregel wordt toegepast bij het differentiëren.

Opgave 8

Differentieer de functies. Noteer de afgeleiden zonder gebroken en/of negatieve exponenten.

a

`f(x) = 2 sqrt(x)`

b

`f(x) = x sqrt(x)`

c

`f(x) = root[3](4x)`

d

`f(x) = 3/(4 - x)`

verder | terug