Vogels die hun voedsel in bomen en struiken zoeken, doen dat vaak bij voorkeur op een specifieke hoogte. Gedurende een winter zijn in een bos voedselzoekende vogels geobserveerd. In de tabel staat de verdeling over verschillende hoogtes van `400` waarnemingen bij pimpelmezen.

hoogte (meter)	` < 1,5`	`1,5 - 3`	`3 - 5`	`5 - 7`	`7 - 10`	`10 - 15`	`> 15`
aantal waarnemingen	`24`	`26`	`51`	`72`	`122`	`92`	`13`

Toon met behulp van normaal-waarschijnlijkheidspapier aan dat de waargenomen hoogtes bij benadering normaal verdeeld zijn. Lees uit de tekening af hoe groot het gemiddelde en de standaardafwijking van deze verdeling zijn. Geef beide antwoorden in decimeter. Licht je werkwijze toe.

Marieke moet zowel een taaltoets als een rekentoets maken om voor haar vervolgstudie in aanmerking te komen. Bij de taaltoets haalt ze `62` punten en voor de rekentoets haalt ze `70` punten.
De scores voor de taaltoets zijn normaal verdeeld met een gemiddelde score van `55` punten en een standaardafwijking van `8` punten. De scores voor de rekentoets zijn ook normaal verdeeld met een gemiddelde van `55` punten en een standaardafwijking van `14`  punten.

Je ziet dat Marieke bovengemiddeld gescoord heeft. Welke toets heeft zij het beste gemaakt?

Beantwoord deze vraag op (minimaal) drie manieren:

1. met behulp van `z` -waarden

2. met behulp van grafieken op een blad normaal-waarschijnlijkheidspapier

3. op (een) andere, zelf te bedenken manier(-en)