Verbanden en verschillen > Verschil kwantitatieve variabelen
12345Verschil kwantitatieve variabelen

Theorie

Twee populaties vergelijken op basis van een kwantitatieve variabele kan op meerdere manieren waarvan er hier drie benoemd worden.


Boxplots vergelijken
Dit ligt voor de hand als beide populaties klein zijn of als de steekproeven uit beide populaties klein zijn. De boxplots plaats je boven of naast één getallenlijn zodat de verschillen meteen te zien zijn.

Daarbij gebruik je de vuistregels op het Formuleoverzicht.


Effectgrootte
Als je van twee datasets de gemiddelden en de standaardafwijkingen weet, kun je de effectgrootte gebruiken:
`E = (text(grootste gemiddelde) - text(kleinste gemiddelde))/(text(gemiddelde van de standaardafwijkingen)) = (bar X_1 - barX_2)/(1/2(S_1 + S_2))`

Let erop dat `X_1` groter moet zijn dan `X_2`

Trek ook nu de conclusie weer met behulp van de vuistregels op de Formuleoverzicht.


Verschiltoets voor gemiddelden uitvoeren
Deze toets kun je gebruiken bij twee normaal verdeelde populaties `X` en `Y` waarvan de populatiestandaardafwijkingen `σ_X` en `σ_Y` bekend zijn.

Van beide populaties trek je een grote steekproef. De beide steekproeflengtes `n_X` en `n_Y` mogen verschillend zijn. Het significantieniveau `α` van de toets moet vooraf vastgesteld zijn.

Als toetsvariabele gebruik je het verschil `V` , met `μ_V = μ_X – μ_Y` en `σ_V = sqrt((σ_X^2)/n_X + (σ_Y^2)/n_Y)` .

Je toetst altijd `text(H)_0` : `μ_V = 0` ( "er is geen verschil" ).

verder | terug