Discrete kansmodellen > Stochasten optellen
123456Stochasten optellen

Voorbeeld 1

Voor boogschutter A is stochast X het aantal punten dat hij bij elk schot behaalt.

x 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
P ( X = x ) 0,02 0,02 0,04 0,10 0,09 0,11 0,12 0,12 0,15 0,15 0,08

Voor boogschutter B is stochast Y het aantal punten dat hij bij elk schot behaalt.

y 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
P ( Y = y ) 0,01 0,02 0,03 0,03 0,04 0,06 0,05 0,11 0,20 0,21 0,24

Beide boogschutters vormen een team en hun scores worden opgeteld.
Bereken de verwachting en de standaarddeviatie van X + Y .

> antwoord

Beide stochasten zijn onafhankelijk.
Ga na, dat E ( X ) = 6,22 en Var ( X ) = ( σ ( X ) ) 2 = 6,5316 .
En verder, dat E ( Y ) = 7,59 en Var ( Y ) = ( σ ( Y ) ) 2 = 5,9419 .

Dan is E ( X + Y ) = 6,22 + 7,59 = 13,81 .
En σ ( X + Y ) = 6,5316 + 5,9419 3,53 .

Opgave 4

Bekijk in Voorbeeld 1 de kansverdelingen van de twee boogschutters.

a

Controleer de berekende verwachtingswaarden en standaarddeviaties.

b

Maak zelf een kansverdeling van X + Y (een behoorlijk tijdrovende bezigheid). Bereken hiermee E ( X + Y ) en sigma ( X + Y ) en ga na, dat je hetzelfde vindt als in het voorbeeld.

verder | terug