Functies en grafieken > Transformaties
123456Transformaties

Theorie

Ga uit van een functie `y=f(x)` (de rode grafiek in de figuur).

  • De groene grafiek `y=f(x)+2` ontstaat door de grafiek van `f` ten opzichte van de `x` -as `2` eenheden te verschuiven;

  • De blauwe grafiek `y=f(x+2)` ontstaat door de grafiek van `f` ten opzichte van de `y` -as `text(-)2` eenheden te verschuiven.

Dit zijn twee transformaties van een grafiek. Door het optellen van een getal in het functievoorschrift verschuift de grafiek. In plaats van verschuiving spreek je ook wel van translatie. De karakteristieken van de getransformeerde functie kun je afleiden uit die van de gegeven functie.

Ga weer uit van een functie `y=f(x)` (de rode grafiek in de figuur).

  • De groene grafiek `y=2 *f(x)` ontstaat door de grafiek van `f` ten opzichte van de `x` -as met factor `2` te vermenigvuldigen;

  • De blauwe grafiek `y=f(2 *x)` ontstaat door de grafiek van `f` ten opzichte van de `y` -as met factor `1/2` te vermenigvuldigen.

Ook dit zijn twee transformaties van een grafiek. Door het vermenigvuldigen van een getal in het functievoorschrift wordt de grafiek vermenigvuldigd vanuit een as. Dit noem je vermenigvuldiging ten opzichte van een as. De eigenschappen van de getransformeerde functie kun je afleiden uit die van de standaardfunctie.

verder | terug