Afgeleide functies > Transformaties en afgeleiden
1234567Transformaties en afgeleiden

Verwerken

Opgave 6

De volgende functies kunnen ontstaan door transformatie van een bijpassende basisfunctie. Bedenk telkens welke basisfunctie dat is en bepaal de afgeleide.

a

`f(x) = 6(2x + 3)^4`

b

`g(x) = (x+2)^5 - 100`

c

`s(t) = (2t + 4)^3`

d

`h(t) = 1 - 2(6 - 3t)^4`

Opgave 7

De afgeleide van `f(x) = 2^x` is `f'(x) ≈ 0,69*2^x` . Van alle functies die kunnen ontstaan door transformatie uit `f` kun je hiermee de afgeleide bepalen.
Bepaal de afgeleide.

a

`g(x) = 2^x-5`

b

`h(x) = 3*2^x`

c

`j(x) = 2^(x+4)`

d

`k(x) = 2^(text(-)3x)`

Opgave 8

Breng de grafiek van de functie `f(x) = 0,5(x-2)^3 + 4` met je grafische rekenmachine in beeld met de standaardinstellingen van het venster.

a

De grafiek heeft een symmetriepunt. Welk punt is dat?

b

Laat met behulp van de afgeleide zien waarom dit een symmetriepunt is.

c

Stel een vergelijking op van de raaklijn in het nulpunt van de grafiek van `f` .

Opgave 9

Plot de grafiek van de functie `f(x) = (1/2)^x + 4` en de grafiek van de standaardfunctie `g(x) = 2^x` .

a

Hoe ontstaat de grafiek van `f` uit die van `g` ?

b

De vergelijking van de raaklijn aan de grafiek van `g` voor `x = 1` is ongeveer `y = 1,38x + 0,62` . Stel een vergelijking op van de raaklijn aan de grafiek van `f` voor `x = text(-)1` .

c

Waarom kun je `f'(1)` niet vinden met behulp van `g'(1)` ?

Opgave 10

Gegeven is een functie `f(x)` met `f'(1) = 2,75` .
Bereken `g'(1)` als `g(x) = f(3 x-2)` .

verder | terug