Isaac Newton ontdekte al dat je integralen exact kunt berekenen door gebruik te maken
van
"omgekeerd differentiëren"
. Later werd de hoofdstelling van de integraalrekening bewezen: je kunt de integraal
van
`f`
op
`[a, b]`
berekenen vanuit het functievoorschrift
`f(x)`
door daarbij een functievoorschrift
`F(x)`
te zoeken zo, dat
`F'(x) = f(x)`
en dan
`F(b) - F(a)`
uit te rekenen. Deze functie
`F`
noem je een primitieve van
`f`
.
Dit wordt in dit onderdeel aannemelijk gemaakt en vervolgens ga je het toepassen...
Je leert in dit onderwerp:
Voorkennis: