Integraalrekening > Omwentelingslichamen
123456Omwentelingslichamen

Voorbeeld 3

Hier zie je het vlakdeel(tje) ingesloten door de grafieken van `f(x) = 4 - x^2` en `g(x) = 4 - x` .
Bereken de inhoud van het omwentelingslichaam dat ontstaat door `V` om de `y` -as te wentelen.

> antwoord

Eerst bereken je de snijpunten van de grafieken: `(0, 4)` en `(1, 3)` .

Vervolgens constateer je dat het omwentelingslichaam een soort van hoedje wordt: uit het lichaam dat ontstaat door de grafiek van `f` op `[f(0), f(1)]` om de `y` -as te wentelen wordt de kegel die ontstaat door de grafiek van `g` op `[g(0), g(1)]` om de `y` -as te wentelen weg geboord.
Dan moet je van beide functies de inverse bepalen:

  • `f(x) = y = 4 - x^2` wordt: `x = sqrt(4 - y)`

  • `g(x) = y = 4 - x` wordt: `x = 4 - y`

De gevraagde inhoud is daarom: `I= int_3^4 π(sqrt(4 - y))^2 text(d)y - int_3^4 π(4 - y)^2 text(d)y`
Door haakjes uitwerken en primitiveren vind je: `I = 1/6 π` .

Opgave 6

Bestudeer nu eerst Voorbeeld 3.

a

Schets het omwentelingslichaam dat ontstaat door `V` om de `y` -as te wentelen.

b

Bereken zelf door haakjes uitwerken en primitiveren de inhoud van het omwentelingslichaam.

verder | terug