Gegeven is de functie `f(x) = text(-)0,5x + 4` op het interval `[text(-)2, 2]` .
Verdeel het interval `[text(-)2, 2]` in vier gelijke deelintervallen, en bereken de onder- en de bovensom bij deze verdeling.
Bereken het verschil tussen onder- en bovensom als je het interval in acht gelijke deelintervallen verdeelt.
Bepaal de functie `F` waarvoor geldt:
`F'(x) = x sqrt(x)` met `F(4) = 0` .
`F'(x) = 1/(sqrt(1 + 4x))` met `F(2) = 0` .
`F'(x) = 1/(x^2) + 1/((3 - 2x)^2)` met `F(2) = 0` .
Bepaal de volgende onbepaalde integralen:
`int x^2 sqrt(2x) text(d)x`
`int (x^2 - 4)^2 text(d)x`
`int x sqrt(2 + x^2) text(d)x`
Bereken het exacte antwoord van deze bepaalde integralen en controleer je antwoorden met de rekenmachine:
`int_1^8 7 root[3](x) text(d)x`
`int_0^2 2/((1 + 2x)^2) text(d)x`
`int_1^4 3/(sqrt(x)) - 5 sqrt(x) text(d)x`
Gegeven is de functie `f(x) = 1/2 x^2 - 3x + 4` .
Bereken: `int_0^6 f(x) text(d)x` .
Bepaal de oppervlakte van het gebied ingesloten door de grafiek van `f` en de `x` -as op het interval `[0, 6]` .
Waarom heb je bij a en b niet hetzelfde antwoord gekregen? Verklaar het verschil.
Bereken de lengte van de parabool tussen zijn twee snijpunten met de assen in twee decimalen nauwkeurig.
Gegeven is de functie
`f(x) = sqrt(3 - x)`
.
Er is een getal
`a`
zodat de oppervlakte van het gebied dat ingesloten wordt door de grafiek van
`f`
en de
`x`
-as op het interval
`[a, 3]`
gelijk is aan
`18`
.
Bereken `a` .
Er is ook een getal `b` zodat de oppervlakte van het gebied ingesloten door de grafiek van `f` en de `x` -as op het interval `[0, b]` even groot is als de oppervlakte van het gebied ingesloten door de grafiek van `f` en de `x` -as op het interval `[b, 3]` .
Benader `b` in twee decimalen nauwkeurig.
Als je de grafiek van de functie op het interval wentelt om de -as dan ontstaat een figuur met de vorm van een soort toeter.
Laat zien dat de inhoud van deze toeter gelijk is aan: .
Als oneindig groot wordt dan ontstaat een oneindig lange toeter. Toch is de inhoud van deze toeter niet oneindig groot.
Bepaal de inhoud van deze oneindige toeter.
Gegeven is de functie
`f`
met
`f(x) = x^3`
.
Door de grafiek op
`[0, p]`
om de
`x`
-as te wentelen ontstaat een omwentelingslichaam
`a`
.
Door de grafiek op
`[0, p]`
om de
`y`
-as te wentelen ontstaat een omwentelingslichaam
`b`
.
Beide omwentelingslichamen hebben hetzelfde volume.
Bereken `p` .
De punten `P(x, y)` die voldoen aan de vergelijking `x^2 + 4y^2 = 16` liggen op een ellips.
Met welke twee functievoorschriften kun je deze ellips beschrijven?
Bereken de oppervlakte van deze ellips in twee decimalen nauwkeurig.
Bereken de omtrek van deze ellips in twee decimalen nauwkeurig.