Exponentiële en logaritmische functies > Logaritmische functies
123456Logaritmische functies

Voorbeeld 3

Gegeven is de functie `f` met `f(x) = x ln^2(x)` .

Bereken algebraïsch de extremen van `f` .
Bereken de coördinaten van de punten op de grafiek van `f` waarin de raaklijn evenwijdig is aan de lijn met vergelijking `y = 3x` .

> antwoord

Om de grafiek te kunnen tekenen stel je vast dat het domein `[0, →〉` en het nulpunt `x = 1` is.

De afgeleide van `f` is: `f'(x) = ln^2(x) + 2 ln(x)` .

De extremen vind je uit `f'(x)= ln^2(x) + 2 ln(x) = 0` .
Dit geeft `ln(x)*(ln(x) + 2) = 0` , dus `ln(x) = 0 ∨ ln(x) = text(-)2` en dus `x = 1 ∨x = text(e)^(text(-)2)` .
Dus zijn de extremen min. `f(1) = 0` en max. `f(text(e)^(text(-)2)) = 4 text(e)^(text(-)2)` .

Voor de raaklijn ga je uit van `f'(x) = 3` .
Dit geeft: `ln^2(x) + 2 ln(x) = 3` en dus `ln^2(x) + 2 ln(x) - 3 = 0` .
Dit levert op: `ln(x) = 3 ∨ ln(x) = text(-)1` en dus `x = text(e)^3 ∨ x = text(e)^(text(-)1)` .
De gevraagde punten zijn `(text(e)^3, 9 text(e)^3)` en `(text(e)^(text(-)1), text(e)^(text(-)1))` .

Opgave 8

In Voorbeeld 3 wordt de functie `f` met `f(x) = x ln^2(x)` bekeken.

a

Bepaal zelf de afgeleide van `f` en bereken de extremen van `f` .

b

Bereken het buigpunt van de grafiek van `f` en stel een vergelijking op van de raaklijn aan die grafiek in dit buigpunt.

Opgave 9

Gegeven is de familie van functies `f_n` met het voorschrift `f_n(x) = x^n ln(x)` met `n` een positief geheel getal.

a

Waarom is er geen functie van deze familie waarvan de top op de lijn `y = 2` ligt?

b

Bereken de hoek waaronder de grafiek van elke functie `f_n` de `x` -as snijdt.

c

Druk de buigpunten van de grafieken van `f_n` uit in `n` . Hoeveel buigpunten heeft elke grafiek?

d

Op de grafiek van `f_2` ligt een punt `P` waarin de raaklijn aan die grafiek door de oorsprong van het assenstelsel gaat. Bereken de coördinaten van `P` .

verder | terug