Goniometrische functies > Goniometrische functies
123456Goniometrische functies

Inleiding

Muziek maak je door lucht in trilling te brengen. Dat doe je met een snaar, een holle buis, je stembanden, een trillend plaatje, e.d. Als je een snaar in trilling brengt hoor je behalve de grondtoon ook boventonen meeklinken. De frequenties van deze boventonen zijn een veelvoud van die van de grondtoon, maar ze klinken minder luid. Door de sinusoïden van de grondtoon en de boventonen op te tellen krijg je het trillingspatroon van de snaar.

Je leert in dit onderwerp:

  • het begrip goniometrische functie en eigenschappen van dergelijke functies onderzoeken;

  • de functie `f(x)=tan(x)` en zijn eigenschappen.

Voorkennis:

  • werken met sinusoïden en vergelijkingen van de vorm `sin(x)=a` of `cos(x)=a` oplossen;

  • differentiëren met alle basisregels en dit toepassen bij het berekenen van hellingen, extremen en buigpunten.

verder | terug