Goniometrische functies > Goniometrische functies differentiëren
123456Goniometrische functies differentiëren

Voorbeeld 2

Bij in- en uitademen varieert het longvolume `V` (in liters) periodiek met de tijd `t` (in seconden). Stel je voor dat iemands longvolume varieert tussen `3,05` en `3,15`  L en dat deze persoon `40` keer per minuut in- en uitademt. Neem verder aan dat `V(t)` een zuivere sinusoïde is.
Op `t = 0` is zijn longvolume maximaal. Bereken de grootste snelheid van uitademen.

> antwoord

Dit is een passende formule: `V(t) = 3,10 + 0,05 cos((2π)/(1,5)t)` .
Hierin is `t` in seconden (er gaan `40` ademhalingen in `60` seconden, dus de periode is `1,5` sec.).

De grootste snelheid van uitademen vindt plaats als de grafiek de evenwichtsstand passeert vanaf een maximum naar een minimum. Bijvoorbeeld op `t = (1,5)/4 = 0,375` .
Die snelheid is dan gelijk aan de afgeleide van `V(t)` op dat tijdstip.

Nu is: `V'(t) = text(-)0,05 * sin((2π)/(1,5)t) * (2π)/(1,5)` .
En daarom is: `V'(0,375) = text(-)0,05 * sin((2π)/(1,5)*0,375) * (2π)/(1,5) ≈ text(-)0,209` .
De maximale snelheid van uitademen is ongeveer `0,2`  L/s.

Opgave 6

Voorbeeld 2 gaat over iemands longvolume en de snelheid van in- en uitademen.

a

Laat zien hoe je de formule voor `V(t)` uit de tekst kunt afleiden.

b

Leg uit waarom de grootste snelheid van uitademen plaatsvindt als de grafiek de evenwichtsstand passeert vanaf een maximum naar een minimum.

c

Voer nu zelf de berekening van die maximale snelheid van uitademen uit.

d

En bij welke waarden van `t` krijg je de grootste snelheid van inademen? Hoe groot is die snelheid?

verder | terug