Functieonderzoek > Asymptotisch gedrag
12345Asymptotisch gedrag

Uitleg

Bekijk de grafiek van de functie: `f(x) = (x^2+2x-4)/(2x)` .

Je kunt het functievoorschrift schrijven als: `f(x) = 1/2 x + 1 - 2/x` .

De verticale asymptoot is gelijk aan `x = 0` wat je met limieten kunt nagaan.

Hoe verder de `x` -waarden van de verticale as af liggen, hoe dichter de grafiek bij een rechte schuine lijn komt.

Deze lijn heet de scheve (of schuine) asymptoot van `f` .

Aan het functievoorschrift kun je zien dat deze asymptoot de vergelijking `y = 1/2x+1` heeft, want
`lim_(x rarr oo) (f(x) - (1/2 x + 1)) = lim_(x rarr oo)(text(-) 2/x)=0`

Dus voor `x` -waarden ver van `0` is `f(x) ~~ 1/2 x + 1` . Hetzelfde geldt voor `x rarr text(-)oo` .

Opgave 4

Gebruik de gegevens uit Uitleg 2.

a

Laat zien dat `f(x) = 1/2 x + 1 - 2/x` .

b

Toon aan dat de scheve asymptoot van `f` de functie nergens snijdt.

Opgave 5

De volgende functies hebben een scheve asymptoot. Toon dit aan en bepaal de vergelijking van deze asymptoot.

a

`f(x) = text(-)1/3 x + 25 - 1/(x^2)`

b

`g(x) = (3x^2 + 1)/x`

c

`h(x) = (x^2+5x+4)/(x+5)`

verder | terug