De lijn `l` gaat door `A(text(-)10, 45 )` en `B(15, text(-)5 )` .
Stel een vergelijking op van `l` van de vorm `ax + by = c` .
Bereken de richtingscoëfficiënt van deze lijn en de snijpunten met de assen.
Gegeven is de lijn `l: 4x - 5y = 20` .
Stel een vergelijking op van de lijn door `P(3, 2)` die evenwijdig is met `l` .
Stel een vergelijking op van de lijn `m` die ontstaat door `l` te spiegelen in de `x` -as.
Stel een vergelijking op van de lijn `n` die ontstaat door `l` te spiegelen in de lijn `y = x` .