Parameterkrommen > LissajousfigurenToepassen
Een punt `P` doorloopt met een snelheid van `10` m/s een cirkel met een straal van `5` m. Neem `O(0, 0)` als middelpunt van deze cirkel in een `Oxy` -assenstelsel met eenheden op de assen van `1` m. Het punt start op `t = 0` in `(5, 0)` .
Stel een parametervoorstelling van de baan van `P` op.
Een ander punt `Q` beweegt met `5` m/s in een rechte lijn vanaf het punt `(text(-)10, text(-)4)` (op `t = 0` ) naar het punt `(6, 8)` .
Stel een parametervoorstelling van deze beweging op.
Onderzoek met je grafische rekenmachine of `P` en `Q` met elkaar botsen.
De twee krommen hebben twee snijpunten. Bereken die snijpunten algebraïsch in één decimaal nauwkeurig.