De parameterkromme in de Theorie wordt gegeven door de parametervoorstelling
.
In de uiterste punten van deze kromme is de raaklijn evenwijdig aan de -as of de -as. Bereken deze punten in twee decimalen nauwkeurig.
Deze kromme heeft ook een keerpunt. Bereken dit keerpunt.
De helling van de raaklijn wordt gegeven door: .
De raaklijn is evenwijdig aan de -as als: .
geeft:
en dus
, zodat .
Hieruit volgt: .
Ga na, dat dit als uiterste punten oplevert: en . (Denk er om dat , dus vervalt.)
De raaklijn is evenwijdig aan de -as als: .
geeft:
en dus
, zodat .
Hieruit volgt: .
Ga na, dat dit als uiterste punten oplevert: , en . (Denk er weer om dat , dus vervalt.)
Voor het keerpunt geldt en dat levert juist het punt op. In de figuur is duidelijk te zien waarom dit punt een keerpunt heet: de bewegingsrichting keert er om.
Bekijk hoe in Voorbeeld 2 zowel de uiterste punten als de keerpunten van een kromme worden berekend.
Voer zelf deze berekeningen uit zonder naar het antwoord in het voorbeeld te kijken.
Een kromme `k` wordt gegeven door `x(t) = 5 cos(2t)` en `y(t) = 5 sin(3t)` .
Bereken algebraïsch de punten van deze kromme waarin de raaklijn evenwijdig is met de `x` -as of de `y` -as op de manier zoals in Voorbeeld 2.
Bereken de twee keerpunten van deze kromme.