Statistische methoden > Data ordenen
1234567Data ordenen

Voorbeeld 2

De verschillende diagrammen kun je in verschillende situaties toepassen om resultaten van een statistisch onderzoek te illustreren. Beschrijf bij de situaties welke soorten diagrammen je redelijkerwijs kunt gebruiken om de resultaten weer te geven.

  • De gemiddelde opkomst van supporters van verschillende voetbalteams bij thuiswedstrijden is gemeten.

  • Een meubelwinkel vergelijkt zijn dagelijkse gemiddelde omzet over de loop van de maand met die van vorige maand.

  • Een supermarktketen onderzoekt in welke verhouding verschillende soorten vlees worden gekocht: rund, varken, schaap, kip, vis en overig.

> antwoord
  • De gemiddelde opkomst van supporters van verschillende voetbalteams bij thuiswedstrijden is een nominale variabele, elk met een bepaalde gemiddelde opkomst. Hiervoor is een beelddiagram of een staafdiagram het beste geschikt. Een cirkeldiagram zou kunnen, maar is in dit geval wat omslachtig, omdat je de opkomst per team dan moet relateren aan de totale opkomst.

  • De gemiddelde omzet per dag over de loop van een maand is een continue kwantitatieve variabele. Het beste geschikt hiervoor is een histogram of een frequentiepolygoon. Omdat je het verloop van twee maanden met elkaar vergelijkt, kan een cumulatieve frequentiepolygoon ook. Hierin zie je dan waar de stijging onderling het hoogst en het laagst is.

  • Er worden proporties van de totale vleesverkoop met elkaar vergeleken.
    Hiervoor is een beeld-, staaf- of cirkeldiagram geschikt.

Opgave 7

Bekijk Voorbeeld 2. Noteer bij de gegeven situaties welke soorten diagrammen je redelijkerwijs kunt gebruiken om de resultaten weer te geven.

a

Per Nederlandse technische universiteit wordt het aantal studenten per studierichting bijgehouden: wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie, bouwkunde, elektrotechniek en overig.

b

Door `30` leerlingen uit 4 vwo wordt bijgehouden hoeveel tijd ze over de loop van een week per dag een computerspel spelen. Daaruit worden dagelijkse gemiddelden geturfd.

c

De gemiddelde dagelijkse hoeveelheid vluchten op de vijf grootste vliegvelden van Europa wordt bijgehouden om de verhouding van de hoeveelheid vluchten onderling te kunnen overzien.

Opgave 8

Bekijk de figuren.

a

Wat voor soort diagram is figuur a?

b

In figuur a is de variabele "lengte van basketballers" weergegeven. Deze variabele is

kwantitatief

kwalitatief

c

Figuur b is een combinatie van een staafdiagram en een histogram. Je mag de staven van de jaren niet verwisselen. Je kunt de steden onderling wel verwisselen. Waarom mag je in een staafdiagram de staven onderling verwisselen en in een histogram niet?

Opgave 9

Bekijk het histogram met de lengtes van een groep mannen. De klassenindeling in dit histogram voldoet niet aan de regels.

a

Elk van de drie staven kun je met verticale lijntjes verdelen in staven van `5` cm breed. Leg uit waarom het histogram dan niet meer de juiste weergave van de lengtes van deze groep mannen weergeeft.

b

Maak met de gegevens die je uit het gegeven histogram hebt, een correcte versie van dit histogram.

verder | terug