Rijen > Recursie
12345Recursie

Uitleg

Bekijk de rij `u` : `2880` , `2940` , `3000` , `3060` , `3120` , `3180, ...`
De rij begint bij `2880` en er wordt steeds `60` bij opgeteld. Deze rij is lineair. Als de nummering van de termen begint bij `0` dan is `u_0 = 2880` .
Je berekent `u_1` door `60` bij `u_0` op te tellen: `u_1 = u_0 + 60 = 2880 + 60 = 2940` .
Je berekent `u_2` door `60` op te tellen bij `u_1` : `u_2 = u_1 + 60 = 2940 + 60 = 3000` .
Je berekent `u_n` door `60` op te tellen bij `u_(n-1)` : `u_n=u_(n-1)+60` .

Een formule zoals `u_n = u_(n-1) + a` of `u(n) = u(n-1) + a` is een voorbeeld van een recursieformule. Recursie betekent zoiets als "doorrekenen vanuit de vorige term" .

Je berekent `u_3` met behulp van de recursieformule uit `u_2` :
`u_3 = u_(3-1) + 60 = u_2 + 60 = 3000 + 60 = 3060`

Een recursieformule heeft wel een "beginterm" `u_0` of `u_1` nodig (het ligt eraan of de nummering bij `n = 0` of `n = 1` begint). Voor het berekenen van termen bij hoge waarden van `n` zal al gauw een computer (zoals een grafische rekenmachine) nodig zijn.

Opgave 1
a

Waarom is in Uitleg 1 `u_n` een rij met een lineair verband?

b

Gebruik de recursieformule om `u_4` te berekenen.

c

Gebruik de recursieformule om `u_6` te berekenen.

d

Waarom is het niet handig om met de recursieformule handmatig de honderdste term te berekenen?

Opgave 2

Gegeven is de rij `u` : `604` , `590` , `576` , `562` , `548` , `534, ...`
De recursieformule voor `u_n` is: `u_n = u_(n-1) - 14` .
Hierbij begint de nummering bij `n = 0` , met `u_0 = 604` .

a

Bereken `u_3` .

b

Bereken `u_6` .

verder | terug