Toepassen van formules > Rekenen met variabelen
1234567Rekenen met variabelen

Verkennen

Opgave V1

Iemand fietst met de wind mee met een snelheid van `20` km/h. Op de terugweg heeft ze wind tegen. Ze fietst dezelfde afstand terug met een snelheid van slechts `12` km/h.

a

Waarom hangt haar gemiddelde snelheid niet af van de afstand die ze fietst?

b

Hoe groot is haar gemiddelde snelheid over de hele route (heen en terug)?

verder | terug