Toepassen van formules > Rekenen met variabelen
1234567Rekenen met variabelen

Theorie

Het rekenen met variabelen noem je algebra.
Je gebruikt dezelfde regels als bij het rekenen met getallen, bijvoorbeeld:
`2a+5a=7a` (net zoals `2*3 + 5*3 = 7 * 3` )
`a*a=a^2` (net zoals `3 * 3 = 3^2` )

Gelijksoortige termen kun je optellen en aftrekken. Daarmee kun je uitdrukkingen "korter" schrijven: `2a+3a=a+a+a+a+a=5a` .
Maar `3a+6b` kan niet korter.

Bij het rekenen met breuken gebruik je

  • bij optellen en aftrekken (de breuken eerst gelijknamig maken):
    `a/b +- c/d=(a * d) / (b * d) +- (b * c) / (b * d)=(a d +- b c) / (b d)`

  • bij vermenigvuldigen:
    `a/b * c/d = (a * c) / (b * d) = (a c) / (b d)`

  • bij delen (de breuken eerst gelijknamig maken):
    `a/b // c/d = (a * d) / (b * d) // (b * c) / (b * d) = (a d) / (b c)`

Breuken kun je vereenvoudigen door de teller en noemer door hetzelfde te delen.
Er is één maar: door nul delen heeft geen betekenis.

Bij het herleiden van vormen met wortels gebruik je

eigenschappen van wortels
`sqrt(a)*sqrt(b)=sqrt(ab)` `sqrt(a) / sqrt(b)=sqrt(a/b)`

Bij het herleiden van vormen met machten gebruik je

eigenschappen van machten
`x^0=1` `x^ (text(-) a) =1/(x^a)` mits `x!=0` `x^ (1/a) =root[a](x)` mits `x≥0` en `a>0`
`x^ (a+b) =x^a*x^b` `x^ (a-b) =(x^a)/(x^b)` mits `x!=0` `(x^a) ^b=x^ (a*b)`
verder | terug