Een formule zoals `K = 2a + 3b + 20` beschrijft een verband tussen drie variabelen.

Soms heb je te maken met meerdere formules met meerdere variabelen. Om dan het aantal variabelen en het aantal formules terug te brengen kun je formules met elkaar combineren.

Het combineren van twee formules kan als de formules ten minste één variabele gemeenschappelijk hebben. Een manier om twee formules te combineren is vrijmaken van de gemeenschappelijke variabele in de éne formule en de gevonden uitdrukking vervolgens in de andere formule invullen.
Dat heet substitueren.

Vaak moet je na substitueren nog haakjes wegwerken om de formule te herleiden.

• Enkele haakjes: `a(b + c) = ab + ac` .

• Dubbele haakjes: `(a + b)(c + d) = ac + ad + bc + bd` .