Statistisch onderzoek > Variabelen vergelijken
1234Variabelen vergelijken

Voorbeeld 1

Stel je wilt onderzoek doen naar de examenresultaten van je eigen school. De gegevens betreffende de examenresultaten moeten in ieder geval per individu het geslacht, het profiel, de gevolgde vakken en de eindcijfers SE en CE1 bevatten.

Je onderzoeksvraag is bijvoorbeeld "Zijn jongens beter in de exacte vakken dan meisjes?".

Hoe ga je die vraag nu beantwoorden met de examenresultaten die je van je eigen school hebt verzameld? Of, als je nog niets hebt, gebruik bijvoorbeeld deze resultaten van het VWO op CE1 in 2013.

> antwoord

Je gaat liever naar afzonderlijke vakken kijken en de CE1-cijfers vergelijken, want die worden door iedereen in dezelfde omstandigheden gemaakt (geen herkansingen nog meegeteld, geen werkstukken).

Neem bijvoorbeeld het vak natuurkunde en bekijk de cijfers van de meisjes en de jongens afzonderlijk.

Je hebt dan te maken met een continue kwantitatieve variabele, dus je kunt bijvoorbeeld boxplots gaan vergelijken. En dan kun je met behulp van de vuistregels een conclusie trekken.

Opgave 5

Bekijk in Voorbeeld 1 de examenresultaten ofwel van je eigen school ofwel die in het daar aangeboden databestand.

a

Maak boxplots van de resultaten van de meisjes en de jongens bij het CE1-cijfer voor het vak natuurkunde.

b

Trek conclusies met behulp van de vuistregels voor het vergelijken van boxplots.

c

Op deze wijze kun je ook andere exacte vakken vergelijken. Probeer iets zinnigs te zeggen over de onderzoeksvraag.

Opgave 6

Neem weer de cijfers voor natuurkunde uit het databestand uit Voorbeeld 1. Of werk met andere geschikte gegevens van je eigen school.

a

Bereken zowel van de jongens als van de meisjes het gemiddelde en de standaardafwijking.

Ga er van uit, dat de CE1-cijfers van de jongens en de meisjes normaal zijn verdeeld. (In werkelijkheid zou je dit natuurlijk zelf eerst onderzoeken!) Je gaat beide normale verdelingen vergelijken met behulp van hun verschilverdeling.

b

Welk gemiddelde en welke standaardafwijking heeft die verschilverdeling?

c

Als beide deelgroepen het examen natuurkunde even goed hebben gemaakt, verwacht je voor de verschilverdeling `mu = 0` . Onderzoek met een significantieniveau van `10` % of het gevonden gemiddelde daar significant van afwijkt.

verder | terug