Logisch redeneren > Waarheid
123456Waarheid

Voorbeeld 3

Uitspraak: "Ik sport op dinsdag of op donderdag."
De uitspraak is samengesteld uit twee beweringen:
`P` : "Ik sport op dinsdag."
`Q` : "Ik sport op donderdag."

Is `P∨ not Q` logisch gelijkwaardig aan `not P∨Q` ?

> antwoord

Om logische gelijkwaardigheid aan te tonen, maak je een waarheidstabel.

`P` `Q` `notP` `notQ` `P ∨ not Q` `not P ∨ Q`
`0` `1` `1` `0` `0` `1`
`0` `0` `1` `1` `1` `1`
`1` `1` `0` `0` `1` `1`
`1` `0` `0` `1` `1` `0`

De waarheidswaarden in de vijfde en zesde kolom zijn niet gelijk. Hieruit volgt dat de uitdrukkingen niet logisch gelijkwaardig zijn.

Opgave 12

Bekijk de waarheidstabel.

`P` `Q` `notP` `notQ` `P ∧ not Q` `not P ∧ Q`
`0` ` ` `1` `0` ` ` `1`
`0` `0` ` ` `1` `0` ` `
` ` `1` `0` ` ` ` ` `0`
`1` `0` `0` `1` `1` ` `
a

Vul de waarheidstabel verder in.

b

Is de uitdrukking `P ^^ not Q` gelijkwaardig met `¬ P ∧ Q` ? Laat dit zien met een voorbeeld.

verder | terug