Logisch redeneren > Waarheid
123456Waarheid

Testen

Opgave 20

Ga na of de zinnen beweringen zijn.

a

"De appel is rood."

b

"Een Ferrari rijdt sneller dan een Fiat."

c

"Hoe was je vakantie?"

d

"Van de zon word je blij."

e

"Op de middelbare school kies je uit vier profielen."

f

"Er is een grootste kwadraat."

Opgave 21

De uitspraak `1 < varphi < 2` bevat het woord "en" .
De uitspraak kan geschreven worden als `P ∧ Q` .

a

Benoem de beweringen `P` en `Q` .

b

Wat weet je van `varphi` als geldt `(1 < varphi) vv (varphi < 2)` ?

c

Maak een zin bij `P ∧ not Q` en `not P ∧ Q` .

d

Zijn `P ∧ not Q` en `not P ∧ Q` logisch gelijkwaardig? Gebruik een waarheidstabel.

verder | terug