Perspectief > EĆ©npuntsperspectief
123456EĆ©npuntsperspectief

Voorbeeld 3

Hier zie je het zijaanzicht van een situatie waar een perspectiefafbeelding van een gebouw wordt gemaakt. Het tafereel is evenwijdig met de voorgevel. De afstand van `G_0` tot `B_t` is drie keer zo lang als de afstand van `B_t` tot `B_0` . De verdiepingen van het gebouw zijn elk `3` meter hoog. De afstand `B_t T_0` is `1,5`  meter.

Bereken de afstand van het oog tot de grond.

> antwoord

Driehoek `G_0 B_t T_0` is gelijkvormig met driehoek `G_0 B_0 L` , want hoek `G_0` is gemeenschappelijk en hoek `B_t` en `B_0` zijn beide gelijk ( `90^@` ).
De vergrotingsfactor van deze driehoeken is `4/3` want de afstand van `G_0` tot `B_t` is drie keer zo lang als de afstand van `B_t` tot `B_0` .
De ooghoogte is `4/3*B_t T_0 = 4/3*1,5 = 2` m.

Opgave 8

Bekijk de figuur in Voorbeeld 3.

a

Bereken de afstand van `T_0` tot `T_1` .

b

Toon aan dat de lengte van `T_0 T_3` gelijk is aan `2,25` meter.

Opgave 9

Gebruik de gegevens uit Voorbeeld 3. Bereken de ooghoogte, `T_0 T_1` en `T_0 T_3` als de afstand van `G_0` tot `B_t` vier keer zo lang is als de afstand van `B_t` tot  `B_0` .

verder | terug