Perspectief > EénpuntsperspectiefVoorbeeld 4
De voorkant van een balk, een punt van de achterkant en de plaats van het oogpunt zijn weergegeven in de figuur.
De kijkrichting is recht op de voorkant. Maak de perspectieftekening af.
Teken de lijnen door de hoekpunten van de voorkant en het oogpunt.
In de 3D-figuur staan enkele ribben door de hoekpunten van de voorkant loodrecht op
het tafereel. Deze ribben liggen in de perspectiefafbeelding op lijnen door het oogpunt.
Je ziet dat het punt dat op de achterkant ligt, ook op een ribbe ligt die naar het oogpunt loopt. Dat punt is een hoekpunt.
De vorm van de achterkant in 2D is een rechthoek, die gelijkvormig is met de rechthoek van de voorkant (ze zijn beide evenwijdig met het tafereel). Teken de achterkant ook als een rechthoek.
Maak de tekening van de balk af.
Bekijk de figuur met daarin de voorkant van een balk en een punt
`P`
op een ribbe van het achtervlak. De plaats van het oogpunt
`O`
is weergegeven. Deze figuur staat ook op het werkblad.
De kijkrichting is recht op de voorkant. Maak de tekening af.
Let op: er zijn twee mogelijkheden: Het punt kan op de bovenste ribbe of op de onderste ribbe liggen.