Kansen en tellen

Opgave 7

Je trekt aselect een kaart uit een kaartspel van $52$ kaarten. Geef de antwoorden op onderstaande vragen in een breuk.

a

Hoe groot is de kans op een hartenkaart?

b

Hoe groot is de kans op een tien die geen harten is?

c

Stel dat je een harten tien hebt getrokken, en je trekt daarna een tweede kaart uit het spel. Hoe groot is de kans op een tien?

Opgave 8

Je hebt een ondoorzichtige doos met daarin tien gekleurde balletjes, zeven groene en drie gele. De groene balletjes zijn genummerd 1 tot en met 7, de gele 1 tot en met 3. Je schudt die doos en haalt er zonder te kijken één balletje uit. Geef antwoorden op onderstaande vragen als breuk.

a

Hoe groot is de kans dat het een geel balletje is?

b

Hoe groot is de kans dat het een balletje met nummer 1 is?

c

Hoe groot is de kans dat het balletje nummer 4 heeft?

d

Hoe groot is de kans dat het een groen balletje met een nummer hoger dan 3 is?

Opgave 9

Je werpt met drie geldstukken.
Hoe groot is de kans op kop bij elk geldstuk? Hoe groot is de kans dat je drie keer kop gooit?

Opgave 10

Er wordt een loterij gehouden. De loten hebben nummers 000 tot en met 999. Alle loten zijn verkocht. Er is $1$ eerste prijs, er zijn $2$ tweede prijzen en er zijn $3$ derde prijzen. Op volkomen aselecte wijze wordt een lotnummer getrokken. Geef de antwoorden op onderstaande vragen als breuk, indien van toepassing.

a

Jij hebt het nummer 113. Hoe groot is de kans dat jij de eerste prijs hebt?

b

Je vriendin zegt dat ze een even lotnummer heeft. Hoe groot is de kans dat zij de tweede prijs heeft?

c

Hoe groot is de kans dat er een even lotnummer wordt getrokken?

d

Waarom zijn de kansen bij b en c verschillend?

De tweede prijs is gevallen op lotnummer 771. Hierna wordt er weer een lot getrokken. Nummer 771 doet niet meer mee.

e

Hoe groot is jouw kans op de andere tweede prijs?

f

Hoe groot is nu de kans dat er een even lotnummer wordt getrokken?

Opgave 11

Je werpt met twee dobbelstenen en let op het aantal ogen dat bovenkomt. Geef de antwoorden op de onderstaande vragen als breuk.

a

Hoe groot is de kans dat er $7$ ogen boven komen te liggen?

b

Hoe groot is de kans op hoogtens $7$ ogen?

c

Hoe groot is de kans op meer dan $11$ ogen?

d

Hoe groot is de kans op een even aantal ogen?

Opgave 12

Bij een voetbaltoernooi wordt aan het begin van elke wedstrijd getosst met een munt om te bepalen welke ploeg mag aftrappen. Tijdens dit toernooi speelt Cambuur vier wedstrijden.

a

Hoe groot is de kans dat Cambuur bij de eerste wedstrijd de toss "wint" en mag aftrappen?

b

Hoe groot is de kans dat Cambuur alle vier de wedstrijden mag aftrappen?

c

Hoe groot is de kans dat Cambuur minstens drie keer mag aftrappen?

Verwerken