Discrete kansmodellen > Binomiale stochasten
1234567Binomiale stochasten

Voorbeeld 2

Je gooit met `10` dobbelstenen. Stochast `X` geeft het aantal zessen aan dat boven komt te liggen. Stel een kansverdeling op voor `X` en bereken de verwachtingswaarde en de standaardafwijking.

> antwoord

`X` is een binomiale stochast met parameters `n=10` en `p=1/6` .

Bepaal nu de kansen voor `X=0 ,1 ,2 ,3 ,... ,10` .

Het gaat om kansen van de vorm `text(P)(X=x|n=10 text( en ) p=1/6)` .

Voer dit op de grafische rekenmachine als functie in, dan maakt de grafische rekenmachine de kansverdeling voor je. Zie het Practicum .

De verwachtingswaarde is `text(E)(X)=n*p=10*1/6=1 2/3` zessen.

De standaardafwijking is `σ(X)=sqrt(n*p*(1 -p))=sqrt(10 *1/6*5/6)≈1,18` zessen.

Opgave 6

Je gooit met `12` dobbelstenen. Stochast `X` geeft het aantal dobbelstenen dat met twee ogen of minder boven komt te liggen.

a

Hoe stel je een kansverdeling op voor `X` ?

b

Bereken de verwachtingswaarde en de standaardafwijking van stochast `X` . Rond indien nodig af op vier decimalen.

Opgave 7

Erwin is een ervaren boogschutter, die één op de vier keer in de roos schiet. Bij een wedstrijd schiet Erwin vijf keer op een doelwit. Voor ieder schot in de roos krijgt hij `10` punten, voor elk ander schot krijgt hij `0` punten.

a

Stel een kansverdeling op voor het aantal punten dat Erwin kan halen. Rond af op vier decimalen.

b

Bereken de verwachtingswaarde en standaardafwijking van het aantal punten dat Erwin kan halen exact.

Opgave 8

Bepaal telkens de juiste waarde(n) van `a` . Rond indien nodig af op drie decimalen.

a

`text(P)(X=3 |n=a text( en ) p=0,25 ) < 0,25`

b

`text(P)(X ge a |n=7 text( en ) p=0,30 ) > 0,20`

c

`text(P)(X=5 |n=17 text( en ) p=a ) < 0,20`

verder | terug