Hypothesen en verbanden > Hypothese toetsen
1234567Hypothese toetsen

Theorie

Een hypothese is in de statistiek een vermoeden over een eigenschap van een populatie:

  • de nulhypothese H 0 is de gangbare opvatting (bijvoorbeeld op grond van voorgaand onderzoek)

  • de alternatieve hypothese H 1 is een uitspraak die de nulhypothese bestrijdt

Bij hypothesen toetsen gaat het erom door middel van een aselecte, representatieve steekproef uit de populatie te beslissen welke van beide hypothesen als waar kan worden aangemerkt: H 0 wordt verworpen of wordt niet verworpen. Je moet wel vooraf afspreken bij welke waarden je H 0 accepteert en bij welke je `text(H)_0` verwerpt, dit noem je het beslissingsvoorschrift van de toets.
De waarden waarvoor je de nulhypothese verwerpt vormen het kritieke gebied van de toets.
Er bestaat altijd een kans dat je H 0 ten onrechte verwerpt.
Dat betekent: je verwerpt H 0 terwijl toch H 0 eigenlijk waar is (als je maar een betere, grotere steekproef had getrokken). Dit heet een fout van de eerste soort.


H 0 accepteren H 0 verwerpen
H 0 is waar correct fout van de eerste soort
H 1 is waar fout van de tweede soort correct
verder | terug