Discrete dynamische modellen > Dynamische modellen
123456Dynamische modellen

Voorbeeld 3

Als je geld leent dan moet je naast een maandelijkse aflossing ook rente betalen over je schuld. Neem aan dat je € 10000,00 leent en dat je deze schuld in twintig maanden wilt afbetalen. Per maand betaal je dan € 500,00. Over de schuld die je aan het begin van elke maand hebt, moet je `0,6` % rente betalen. Je betaalt zowel je aflossing als de rente aan het eind van elke maand.
Bereken hoeveel deze lening in totaal kost.

> antwoord

In deze situatie kun je een discreet dynamisch model maken bestaande uit twee modelformules.

`B(t)` is de belasting aan het eind van maand `t` en `S(t)` is de schuld aan het begin van de maand `t` . Neem `t` in maanden.

  • `B(0) = 0` en `S(0)=10000`

  • `B(1) = 0,006*10000 + 500 = 560` en `S(1) = 10000 - 500 = 9500`

  • `B(2) = 0,006*9500 + 500 = 557` en `S(2) = 9500 - 500 = 9000`

  • `B(3) = 0,006*9000 + 500 = 554` en `S(3) = 9000 - 500 = 8500`

Dit geeft: `S(t) = S(t-1) - 500` en `B(t) = 0,006 * S(t-1) + 500`

Bepaal met de grafische rekenmachine het totale bedrag:

`sum_(t=1)^(20) B(t)=10630` euro.

Opgave 6

In Voorbeeld 3 wordt een wijze van geld lenen en terugbetalen besproken. Er zijn twee modelformules.

a

Voer beide recursieformules op de grafische rekenmachine in. Bekijk de tabellen van beide formules.

b

Waarom kun je in dit model niet werken met een andere stapgrootte dan `1`  maand?

c

Stel voor `B(t)` een directe formule op.

d

Wat voor rij is `B(t)` ?

e

Bereken het totaal te betalen bedrag met behulp van de juiste somregel.

Opgave 7

Bart leent € 750,00 om een computer te kopen. Deze schuld lost hij in vijftien maanden af in maandelijkse termijnen van € 50,00. Over de schuld die hij aan het begin van elke maand heeft, moet hij aan het eind van elke maand nog `1,2` % rente betalen. Hij betaalt zowel de aflossing als de rente aan het eind van elke maand.

`B(t)` is de betaling aan het eind van maand `t` en `B(0) = 0` . `S(t)` is de schuld aan het begin van maand `t` en `S(0) = 750` .

a

Stel een discreet dynamisch model op voor `B` en `S` .

b

Stel een directe formule op voor `B(t)` .

c

Bereken het totale bedrag dat Bart moet betalen.

verder | terug