Een parabool hoeft geen symmetrieas te hebben die evenwijdig is aan de `x` -as of de `y` -as. De symmetrieas kan ook scheef zijn. Neem bijvoorbeeld een parabool `p` waarvan het brandpunt de oorsprong `O` van het assenstelsel is en de richtlijn de lijn `l:x+y=4` is.
Construeer deze parabool.
Noem `Q` een punt op de richtlijn en `P(x, y)` het bijbehorende punt op de parabool.
Toon aan dat `|PQ|^2=0,5(x+y-4)^2` .
Bepaal een vergelijking van de parabool.
Bereken de coördinaten van de punten op `p` waarin de raaklijn evenwijdig loopt aan de `x` -as of de `y` -as.