Bekijk de ellips met vergelijking
`(x^2) /16 + (y^2) /7 = 1`
.
De kromme lijkt symmetrisch ten opzichte van de
`x`
-as en ten opzichte van de
`y`
-as te zijn. Maar hoe toon je dit aan?
Als de ellips symmetrisch is ten opzichte van de `y` -as, dan betekent dit dat behalve `P(x, y)` ook zijn spiegelbeeld `P_1(text(-)x, y)` op de kromme moet liggen. De redenering is zo:
`P(x, y)` ligt op de kromme, dus voldoet aan de gegeven vergelijking van de ellips. Maar voldoet `P_1(text(-)x, y)` ook aan die vergelijking?
Controleer dit door `P_1` in te vullen: `((text(-)x )^2) /16 + (y^2) /7 = 1` .
Omdat `(text(-)x)^2=x^2` is dit hetzelfde als `(x^2) /16 + (y^2) /7 = 1` .
Hieruit volgt dat `P_1` op de ellips ligt.
Conclusie: `P(x, y)` en `P_1(text(-)x, y)` voldoen beide aan de gegeven vergelijking van de kromme en is symmetrisch ten opzichte van de `y` -as.
In
Bewijs op dezelfde manier dat deze ellips symmetrisch is ten opzichte van de `x` -as.
Bewijs op dezelfde manier dat deze ellips symmetrisch is ten opzichte van de oorsprong `O (0, 0)` van het assenstelsel.