Lineair programmeren > Functies van meerdere variabelen
12345Functies van meerdere variabelen

Verkennen

Opgave V1

In een klein theater zijn `300` zitplaatsen. Kinderkaarten kosten € 3,50 en kaarten voor volwassenen € 5,00. Het aantal kinderen wordt aangegeven met `k` en het aantal volwassenen door `v` .
De theaterdirectie weet uit ervaring dat de voorstelling zonder problemen verloopt als er bij iedere twee kinderen minstens één volwassene hoort en stelt dit als eis bij de verkoop van de kinderkaartjes.
Bij welke aantallen kaartjes levert een voorstelling een zo groot mogelijke opbrengst?

a

Welke variabelen zijn er? Kun je uitleggen waarom hierbij de ongelijkheden `k + v le 300` en `k le 2v` horen?

b

Welke formule hoort er bij opbrengst `R` (in euro)?

c

Hoe kun je er nu voor zorgen dat `R` zo groot mogelijk wordt en toch aan de beschreven voorwaarden voldoet?

verder | terug