Lineair programmeren > Beslissingsproblemen
12345Beslissingsproblemen

Testen

Opgave 17

Gebruik de methode van lineair programmeren en laat alle stappen duidelijk zien. Gebied `G` wordt begrensd door:

  • `x ge 0`

  • `0 le y le 50`

  • `2x + 3y le 240`

  • `5x + 2y le 500`

De doelfunctie is `W = 2000 - x - y` .

a

Teken het gebied `G` .

b

Bepaal het maximum en het minimum van `W` op het gebied `G` .

Opgave 18

Een bepaald bedrijf assembleert twee typen computers: type I en type II. Er is voor elk type een assemblagelijn opgezet, waarop per dag hoogstens `50`  computers in elkaar kunnen worden geschroefd. Met het maken van een computer van type I is één werknemer 1 dag bezig. Het maken van een computer van type II kost één werknemer `1,5` dag. Er zijn per dag `110` werknemers bezig met de assemblage van deze twee typen computers. Er kunnen niet meer dan `70` van die computers per dag worden verpakt, dus worden er ook niet meer gemaakt.
Type I geeft een opbrengst van € 2400,- per stuk; voor type II is de opbrengst € 3000,- per stuk. De vraag is: hoeveel computers van elk type zal men per dag produceren? Ga uit van het streven naar een zo groot mogelijke opbrengst.

a

Geef alle voorwaarden weer en teken het toegelaten gebied. Kies zelf geschikte variabelen.

b

Beantwoord de vraag. Geef een toelichting bij het antwoord.

Op de verpakkingsafdeling werken zeven mensen aan het inpakken van deze typen computers. Is het verstandig om die afdeling meer mankracht te geven? Dat gaat dan wel ten koste van de `110`  mensen die de apparaten assembleren.

c

Beantwoord deze vraag en geef een toelichting bij je antwoord.

verder | terug